IJsselvallei tocht 1: Zutphen naar Deventer (17 km.)
Hieronder wordt niet de stationswandeling beschreven, want de beschrijving daarvoor vindt u in de stationswandeling folder, maar ik geef wel informatie over de stationswandelingen en de Stichting LAW en over het landschap en cultuurgoed op deze route.
De NS (Nederlandse Spoorwegen of eigenlijk Eropuit) hebben i.s.m. de Stichting LAW (Lange Afstands Wandelpaden) zgn stationswandelingen gemaakt. Zie: http://www.eropuit.nl/wandelen. Deze wandelingen starten en beginnen bij een station, maar sluiten aan op het lange afstands wandelpadennet van Nederland.
Praktische informatie
Lengte: 17 en 13 km
Beginstation: Zutphen
Eindstation: Olst
LAW: Hanzestedenpad
Extra informatie en wijzigingen: Aanvulling horecagelegenheid: ter hoogte van Wilp bevindt zich Museumcafe De Kribbe, dagelijks geopend van 10.00 tot 19.00 uur (van november tot april alleen op zondag geopend van 10.00 tot 19.00 uur).
Ruimte voor de Rivier In verband met het project Ruimte voor de Rivier vinden de komende 5 jaar tal van werkzaamheden plaats ten noorden en zuiden van Deventer. De routetekst zal hierdoor niet altijd up to date zijn. Markeringen ter plaatse zullen zo veel mogelijk aangepast worden aan de actuele stand van zaken. Voor meer informatie over de werkzaamheden ten noorden van Deventer Facebook.com/Keizersrande en Website Groot Salland.
De Wandeltocht van Zutphen naar Deventer vormt de eerste etappe van een tweedaagse wandeltocht van Zutphen naar Olst met een totale lengte van 30 km. Zie: http://www.eropuit.nl/uitje/wandelen/IJsselvalleitweedaagseNSwandeling17en13km/id/1000016
De etappe Zutphen naar Deventer is 17 km. lang. Het pad loopt grotendeels over onverharde grasdijken maar is verder zeer vlak.
Tip: Een betere routekaart met ontbrekend verbindingsstuk tussen bovenstaande kaartjes is te downloaden vanaf:
http://www.eropuit.nl/pdf/NS_wandeltocht_IJsselvallei%20%28dag%201%29.pdf
Tip: Een goede routebeschrijving vindt u hier: http://www.eropuit.nl/pdf/IJsselvalleiDag1Mei2013.pdf
Routekaartje:
Begin van de route:
De wandeling start bij Station Zutphen op het stationsplein (1).
Op de Vliegendijk (2) op. Net buiten De Hoven (Zutphen) ligt aan de rechterkant van de Vliegendijk Wasserij De IJsselstroom.
Waschinrichting De IJsselstroom
Industrieel erfgoed. In de uiterwaarden van de IJssel bij Zutphen, staat een van verre zichtbaar, karakteristiek industrieel erfgoed `De IJsselstroom`. Het monument vormt het silhouet dat een kind zal tekenen wanneer gevraagd hoe een fabriek eruit ziet. De goede zichtbaarheid vanaf de IJsselbrug en de landschappelijke ligging aan de Vliegendijk 16 tegen de achtergrond van het weidse grasland van de IJsselboorden draagt in belangrijke mate bij aan het kenmerkende totaalbeeld van het pand. Het pand De IJsselstroom is in Mei 2013 verkocht aan een nieuwe eigenaar.
De Zutphense architect P.Broekhuizen leverde in februari 1911 het ontwerp voor de bouw van de Waschinrichting. De wasmachines werden in rijen in het gebouw opgesteld. De was werd op de 110m2 grote droogzolder met bijbehorende karakteristieke sheddaken gedroogd. Door de ligging heeft het monument een vrij uitzicht over IJssel en uiterwaarden. In de publicatie Monumenten in Nederland van de Rijksdienst van Monumentenzorg is de IJsselstroom als één van de zestien wasserijen in Nederland geïdentificeerd.
“Gezien in het licht van de andere wasserijen in het land, is het industrieel erfgoed de IJsselstroom door zijn goed behouden, relatief eenduidige vorm – woonhuis, bedrijfsgedeelte en schoorsteen – en zijn ligging architectonisch van groot belang.„
(Rapport Bouwhistorische Verkenning en Waardestelling, Bureau voor Bouwhistorie en Architectuurgeschiedenis, juni 2008)
De IJsselstroom is rustig gelegen net buiten de rand van de bebouwde kom van De Hoven in Zutphen – tegen de winterdijk langs de rivier de IJssel. Het perceel van 1050m2 en heeft een grote tuin (ca 800m2) met vrij uitzicht op de uiterwaarden van de IJssel. De achtertuin grenst aan een zij-arm van de rivier. Deze zgn. strang is bij hoog water deel van de rivier, maar heeft in de zomer bij laag water de vorm van een langgerekte waterplas.
In 1910 neemt Albert Barink het initiatief tot de bouw van een industriële wasserij annex woning op die plek aan de ‘Hoender- of Vliegendijk’. Voor het ontwerp benadert hij de bekende Zutphense architect P. Broekhuizen die in februari 1911 een ontwerp levert voor de bouw van deze ‘Waschinrichting IJselstroom’. Albert Barink was van beroep bleker, en werd financieel geholpen door de Doesburgse bleker Jan Gerhard Hendrik Diedrich. Voor de wasserij werd gebruik gemaakt van een bestaande stoommachine van negen paardenkrachten. De schoorsteen is afzonderlijk door een gespecialiseerd bedrijf gebouwd. Dit kan de firma Canoy-Herfkens uit Venlo zijn geweest of de Comm.-venn. De Ridder & Co. uit Den Haag.
Naar verluidt werd de verdieping in 1919 door brand beschadigd, doordat vonken uit de schoorsteen het dak in brand zetten. Maart 1920 gaf Barink opdracht tot herstel van dit deel en van deze verbouwing dateren de drie huidige sheddaken. Architect van deze aanpassing is onbekend, maar is mogelijk opnieuw Hogenkamp. Uiteindelijk gaat het niet goed met de wasserij en dat leidt tot het faillissement van Barink, waarna A.H. Bartels een doorstart probeert. Zijn vader had een stomerij in Arnhem en hij probeerde via de aanvoer van goedkope kolen de wasserij draaiende te houden. Ook hij werd uiteindelijk de dupe van de economische neergang tijdens de crisisjaren en ging in 1935 failliet.
In 1937 zet J. de Kloe als huurder met recht van koop de wasserij voort met nieuwe, elektrisch aangedreven, machines. Bedrijven waar de hygiëne een belangrijke rol speelt, weten hem voor het wassen van hun (witte) kleding en ander wasgoed te vinden. Onder hen ook veel joodse slagers. Samen met zijn zonen A. en D.A. de Kloe en enkele medewerkers ontwikkelde de wasserij zich tot een renderend familiebedrijf. De laatste tien maanden van de Tweede Wereldoorlog werd de wasserij gevorderd door de Duitsers en in 1947 volgde herstel van de oorlogsschade.
In 1955 bleek het huurcontract uit 1937 te zijn verlopen en werd het gebouw door de toenmalige eigenaar verkocht aan de vishandelaar Sietze Hoekstra die plannen had om er een palingrokerij met schoonmakerij in te vestigen. J. de Kloe moest zijn machines verkopen en het pand verlaten. Op 5 juli 1955 deed Hoekstra een aanvraag tot het wijzigen van een wasserij tot visrokerij met werkplaats. Sietze Hoekstra heeft tot zijn pensioen in 1970 het pand als palingrokerij in gebruik gehouden. Het pand is nog altijd eigendom van de familie en in gebruik als woning.
Inmiddels is het pand gerenoveerd en opnieuw in gebruik als woning. Meer details over deze laatste renovatie en blootgelegde stukjes historie ziet u in deze korte video:
Na een wandeling over ijsseldijken loopt u midden door weilanden, akkers en boomgaarden naar Slot Nijenbeek (4).
Slot Nijenbeek
Kasteel De Nijenbeek, in de omgeving ook wel bekend als het Hooge Huis, is een ruïne aan de oever van de Voorsterbeek, een oude bedding van de IJssel ten noordoosten van de Nederlandse plaats Voorst (provincie Gelderland). Tegenwoordig ligt het op zo’n 200 meter van de IJssel. Het is een grote vierkante donjon, nu nog zo’n twintig meter hoog en met een grondvlak van 12 bij 13 meter. Het kasteel werd waarschijnlijk gesticht in het begin van de 13e eeuw door graaf Gerard III van Gelre. Het oudst bekende document waarin een naam van een kasteelheer wordt genoemd, Dirk van Nijenbeek, dateert uit 1266.
Reinoud van Gelre
In de veertiende eeuw werd de donjon uitgebreid met een ommuurd kasteelplein en een (vanwege de regelmatige overstromingen van de IJssel verhoogd gebouwde) voorburcht. Na de strijd tussen Reinoud III van Gelre en zijn broer Eduard werd de onfortuinlijke Reinoud door zijn broer in de eenzame donjon opgesloten (1361). Tijdens zijn verblijf in de cel werd Reinoud naar verluidt zo dik, dat hij de deur niet meer uit kon en de celdeur dus niet meer gesloten hoefde te worden. Na de dood van Eduard in augustus 1371 werd Reinoud bevrijd en in zijn positie als hertog van Gelre hersteld, maar vier maanden later overleed hij al, op 38-jarige leeftijd.
Willem van Gelre, de opvolger van Reinoud, gaf in 1383 het kasteel in leen aan Willem van Steenbergen, een familielid van de graven van Gelre. Tijdens de Gelderse Oorlogen verwierf Karel van Gelre het kasteel, dat hij gedeeltelijk liet slopen. Alleen de donjon zelf liet hij staan. Een halve eeuw later was De Nijenbeek toneel van gevechtshandelingen tussen Spaanse troepen die hun basis in Zutphen hadden en Staatse eenheden die hun stad Deventer wilden beschermen. In 1586 werd het definitief voor de Staatsen veroverd door de graaf van Leicester.
Verval
Afstammelingen van Willem van Steenbergen bewoonden het kasteel nog tot 1778. Daarna kwam het aan de familie Schimmelpenninck van der Oye en in 1991 aan een lid van de familie Van Lynden. Aanvankelijk werd het gebouw enkele malen verbouwd tot een bruikbare woontoren.
In het laatst van de bezettingstijd was er een Duitse eenheid gelegerd, die door de Canadezen met een beschieting verdreven werden, hetgeen aanzienlijke schade toebracht. Sindsdien vervalt de toren steeds verder, omdat sinds de jaren vijftig de eigenaars het noodzakelijke onderhoud steeds hebben nagelaten. Plannen om althans het hoognodige herstel uit te voeren zijn tot dusverre op niets uitgelopen.
In 2012 werden de resten van de Nijenbeker Molen opgegraven
Loop de route als beschreven in de routebeschrijving verder tot aan Museumcafè De Kribbe.
Voor meer informatie zie: http://www.dekribbe.nl/
Museumboerderij “De Kribbe”
Aan de IJssel, pal bij het voetveer Gorssel-Wilp, staat Museumcafé de Kribbe. De Kribbe vertelt de geschiedenis van het oude boerenland, de Wilpse klei. Hier kunt u echt even op adem komen van uw fiets- of wandeltocht. Op het ruime terras genieten van het weidse uitzicht en heerlijk eten en drinken. De Kribbe gebruikt de beste biologische en streekproducten. Zoals ons biologisch meel, afkomstig uit de streek en gemalen in onze eigen molen. Voor groepen bereiden wij heerlijke buffetdiners. Kortom, de Kribbe is een veelzijdige ontmoetingsplaats waar sfeer en kwaliteit hand in hand gaan.
Vervolgens loopt u de route verder af naar Deventer. Vlak voordat u de stad betreedt ziet u aan uw linkerhand de prachtige Bolwerksmolen (5).
Bolwerksmolen
De Bolwerksmolen is een zaagmolen in Deventer op de westelijke oever van de IJssel, vlak bij de Wilhelminabrug.
De molen werd gebouwd in 1863 gebouwd door de gebroeders Elfrink. De houten achtkantige, bovenkruier met stelling staat op een vierkante onderbouw met zaagschuur en heeft een sleephelling voor het uit het water trekken van de boomstammen. De stelling zit op een hoogte van 5,60 m. De eigenaar is sinds 1967 de gemeente Deventer. De exploitatie van de molen gebeurt door de Stichting Bolwerksmolen.
In het begin van de 21e eeuw bleek de molen dusdanig verzakt, dat een ingrijpende anderhalf jaar durende restauratie noodzakelijk was. De molen werd geheel gedemonteerd, heipalen werden in de grond gebracht en een nieuwe fundering geplaatst. Daarna kon de molen weer worden opgebouwd. De romp en de kap kregen eveneens een opknapbeurt. Sinds voorjaar 2007 kan de molen zijn werk weer doen en draaien de wieken als vanouds.
De molen heeft drie zaagramen, die zowel door de wind als met een elektromotor aangedreven kunnen worden. De zagen zijn 60 cm. lang en de zaagramen 80 cm breed. De zaagslede is 10,90 m lang.
Het gevlucht heeft op de binnenroede fokwieken met steekborden. De buitenroede is Oudhollands opgehekt. De gelaste roeden zijn in 2006 gemaakt door het molenmakersbedrijf Vaags uit Aalten. De binnenroede met nummer 136 is 22,40 m en de buitenroede met nummer 135 is 22,50 m lang.
De 6,25 meter lange, gietijzeren bovenas stamt uit 1872 en is gegoten door de fabrikant De Prins van Oranje te ‘s Hage. De 6 m lange, gietijzeren krukas is 6,5 cm dik en draait in vijf lagers, die gesmeerd worden met behulp van staufferpotten. De slag van de kruk is 46 cm.
Op de krukas zit niet alleen het krukwiel maar ook een wiel dat via een aandrijfriem de winderij aandrijft. Daarnaast zit er een tandwiel op de krukas voor de kettingaandrijving met behulp van de elektromotor.
De kap van de molen draait op een Engels kruiwerk en wordt gekruid met een kruilier.
De molen wordt gevangen (geremd) met een Vlaamse vang, die bediend wordt met een wipstok.
Vervolg het laatste deel van de route naar het pontje op De Worp (6) en steek met het pontje de IJssel over naar de oude hanzestad Deventer.
Loop daarna door de oude stad naar het stationsplein van Deventer (7).
Dagetappe 2 van de IJsselvallei wandeling:
Hier is een link naar dagetappe 2 van deze wandeling. Deze begint bij station Deventer en eindigt na 13 km. bij station Olst. http://www.wandelgek.nl/?p=16511