4. Florence (Firenze)
Florence of Firenze (Italiaans: Firenze, verouderd Italiaans: Fiorenza; verouderd Nederlands: Florentië) is een stad in Italië. Het is de hoofdstad van de regio Toscane en de provincie Florence. De stad telt circa 368.000 inwoners en ligt aan de rivier de Arno. Het is de bakermat van de renaissance en daarmee een van de bekendste cultuursteden van Europa. Het was de geboorte- of verblijfplaats van bekende historische figuren zoals Brunelleschi, Donatello, Leonardo Da Vinci, Nicolo Machiavelli, Michelangelo, Galileo Galilei, Catharina de Medici, Antonio Meucci en Dante Alighieri.
Geschiedenis
Florence werd in het jaar 59 v.Chr. gesticht door Julius Caesar als nederzetting voor afgezwaaide Romeinse soldaten onder de naam ‘Florentia’ (Latijn voor ‘bloei’). De stad werd opgezet als een militair Romeins kamp wat nog altijd te zien is aan het rechthoekige stratenplan met de bij het huidige Piazza della Repubblica elkaar kruisende cardo en decumanus. Gelegen aan de Via Cassia, de hoofdroute tussen Rome en het noorden, en in de vruchtbare vallei van de Arno werd de nederzetting al snel een belangrijk commercieel centrum. Keizer Diocletianus maakte Florence tot hoofdstad van de zevende regio, die Toscane en Umbrië omvatte. Na de Romeinse periode werd de stad vaak het slachtoffer van de strijd tussen de Ostrogoten en de Byzantijnen waardoor de bevolking tot een magere 1000 inwoners terugviel. Tijdens de bezetting door de Longobarden in de 6e eeuw herstelde de stad en begon zelfs weer te groeien. Karel de Grote veroverde de stad in 774 en maakte haar onderdeel van het hertogdom Toscane met als hoofdstad Lucca. De bevolking groeide nog meer en de handel floreerde toen rond het jaar 1000 Florence de hoofdstad werd van Toscane. Toen aartsrivaal Pisa in belang achteruitging kreeg Florence nog meer belang als handelscentrum en begonnen de Florentijnse kooplieden en bankiers zelfs handelsnetwerken en filialen op te zetten in o.a. Vlaanderen en Engeland.
Florence werd eeuwenlang bestuurd door het bankiersgeslacht Medici, van wie de meesten een grote belangstelling hadden voor schilderkunst, beeldhouwkunst, architectuur en literatuur. Sinds de 15e eeuw werd het, mede door de Medici, een belangrijk financieel centrum. Het belang van Florence als handelsstad blijkt onder meer uit het feit dat de plaatselijke munt, de fiorino d’oro of Gouden Florijn, zijn naam leende aan veel andere munten, zoals de Hongaarse forint en de Nederlandse gulden, die aanvankelijk ook Gulden (=Gouden) Florijn heette. De bankiers financierden voor een groot deel de middeleeuwse Europese handel en industrie en de huurlegers van de koningen. Via huwelijken met de Europese aristocratie waren nakomelingen van de Medici koning of koningin van o.a. Frankrijk, Schotland en Spanje en leverden ze ook verschillende pausen. De Medici regeerden vanaf de 15e eeuw tot 1737 toen de laatste machthebbende Medici kinderloos stierf. Tot 1799 werd de stad bestuurd door de Habsburgers, waarna het bestuur werd overgenomen door de Fransen tot 1814. In 1814 kwamen de Habsburgers terug. Zij werden echter verdreven in 1859. Vanaf dat moment hoorde Florence bij het Italiaanse koninkrijk en was tussen 1865 en 1871 de hoofdstad in de periode dat Italië nog niet helemaal herenigd was (zie Risorgimento) totdat Rome deze positie overnam toen de Kerkelijke Staat ten slotte werd veroverd door de Italiaanse troepen.
Renaissancestad
Florence is de meest uitgesproken renaissancestad van Italië. Nergens anders in Italië bevinden zich zoveel gebouwen en kunstwerken uit deze periode. De bouw van de Duomo werd begonnen door Arnolfo di Cambio in 1296, voortgezet door Giotto, waarna Brunelleschi (1420-1436) de koepel plaatste. Ingewijd werd ze door paus Eugenius IV in 1436. Palazzo Vecchio werd eveneens ontworpen door di Cambio en voornamelijk gebouwd tussen 1298 en 1314. Het paleis werd bewoond door de familie de Medici totdat Cosimo I zijn zetel naar het Pitti-paleis verplaatste. Met de Carmine-kerk werd begonnen (1268) in romano-gotische stijl. Na de brand in 1771 die een groot deel van het complex verwoestte, werd de kerk – waarvan de Corsini-kapel en een deel van de Brancacci-kapel behouden bleven, nieuw gebouwd met als grondslag een Latijns kruis. De oude St. Laurentius-basiliek stamt uit het jaar 393 en werd in de 11e eeuw in romaanse stijl vernieuwd, en later in renaissancestijl verbouwd door Brunelleschi, in opdracht van de Medici.
Bezienswaardigheden
Kerken
- Santa Maria del Fiore, ook bekend als Duomo (dom)
- Het baptisterium bij de Duomo met beroemde bronzen deuren
- Basilica San Lorenzo
- Santa Maria del Carmine met de kapel La Capella Brancacci
- Santa Maria Novella
- Kerk Santa Croce
- Orsanmichele
- San Miniato al Monte
- Santo Spirito
Bruggen
- Ponte Vecchio (oude brug), die is gebouwd in 1345, en de Corridoio Vasariano, die ontworpen is in 1565, trekken veel toeristen. De brug is kenmerkend door bovengenoemde corridor en de vele winkels op de brug.
Paleizen
- Palazzo Vecchio
- Palazzo Pitti
- Palazzo Medici-Riccardi
- Palazzo Giugni
Pleinen
- Piazza della Signoria waar de beeldengroep staat met een replica van het beroemde beeld van David (Michelangelo)
- Piazzale Michelangelo, boven op een heuvel met mooi uitzicht
- Piazza SS. Annunziata, met de fontein Pietro Tacca omringd door drie zuilengangen
- Piazza della Repubblica
Musea
- Uffizi, (net als het Palazzo Vecchio gelegen aan het Piazza della Signoria), een van de beroemdste kunstmusea van de wereld met zeer veel werken van Italiaanse primitieven en renaissanceschilders
- Galleria dell’Accademia, met onder andere een aantal beroemde beeldhouwwerken waaronder Michelangelo’s ‘David’
- Palazzo Pitti met Galleria Palatina met onder andere de collectie van de Medici-familie, liggend aan de Boboli-tuinen
- Bargello, zich concentrerend op beeldhouwwerk
- Galleria d’Arte Moderna
- Archeologisch Museum
- Buonarroti-Huis (met werken van Michelangelo)
- Giardino dei Semplici, botanische tuin
- Museo di San Marco
- Museo della Casa Fiorentina Antica in het Palazzo Davanzati
- Museo Galileo, voorheen Istituto e Museo di Storia della Scienza, voornamelijk gewijd aan Galileo Galilei
Overige bezienswaardigheden
- De campanile van Giotto (klokkentoren) van de Duomo
- De Loggia dei Lanzi
- Piazza della Libertà, een triomfboog
- Boboli-tuinen, aangelegd voor de familie Medici
- Biblioteca Nazionale Centrale (1911-1935)
- Biblioteca Medicea Laurenziana bij de basiliek van San Lorenzo
Verkeer en vervoer
Florence beschikt over een groot treinstation, het Santa Maria Novella niet ver van het Piazza del Duomo. Hier is ook het busstation van de busondernemingen SITA, Copit, CAP en Lazzi. Een ander station is het Campo Di Marte.
Circa vijf kilometer buiten Florence ligt de Luchthaven Florence Amerigo Vespucci.
Keuken
De Florentijnse keuken leunt sterker op de traditie van het eten op het platteland dan op het hogere koken. Net als in de overige delen van Toscane hecht men veel waarde aan het gebruik van eerlijke, weinig bewerkte ingrediënten van hoge kwaliteit. Veel gerechten zijn gebaseerd op vlees. Traditioneel wordt het gehele dier gegeten: zo staan diverse soorten pens (trippa en lampredotto) op het menu en die worden ook verkocht bij stalletjes op straat.
Typische antipasti zijn de crostini toscani, licht geroosterde ronde sneden brood met een pastei op basis van kippenlever, en gesneden rauwe ham (prosciutto) en worstsoorten (salame). De prosciutto wordt in de zomermaanden vaak met meloen gegeten.
Het typisch zoutloze Toscaanse brood wordt in de Florentijnse keuken veel gebruikt, vooral in zijn beroemde soepen: ribollita en pappa al pomodoro en in een salade van brood en verse groenten (panzanella) die vaak ‘s zomers wordt opgediend.
Het bekendste vleesgerecht is de bistecca alla fiorentina, een soort T-bonesteak van het Chianinarund geroosterd op houtskoolvuur. Vrijwel alle hartige gerechten worden royaal besprenkeld met extra vergine olijfolie.